Wanneer de zonnepanelen op het dak geïnstalleerd worden, zal er vanuit de omvormer een elektrakabel getrokken moeten worden die aangesloten wordt aan de meterkast. De omvormer zorgt ervoor dat de opgewekte stroom (gelijkstroom) wordt omgezet in wisselstroom zodat dit verbruikt kan worden in de woning.
Van de zonnepanelen naar de omvormer loopt een DC-kabel en van de omvormer naar de meterkast een AC-kabel. De omvormer komt doorgaans op zolder te hangen waarna de kabel van de omvormer naar de meterkast getrokken moet worden. Hiervoor zijn er 3 mogelijkheden:
1. Kabel binnendoor:
De kabel trekken wij binnendoor. Dit betekent dat er een eventuele koof of loze leiding beschikbaar is voor de kabel. Met deze oplossing is het zo dat de kabel volledig uit het zicht blijft.
2. Kabel buitenom:
De kabel kan niet binnendoor. Dit betekent dat we buitenom moeten gaan. De kabel zal onder de dakpannen naar beneden getrokken worden. De kabel kan netjes achter de regenpijp gemonteerd worden, zodat deze verder uit het zicht is. Vervolgens gaat de kabel de kruipruimte in en wordt in de meterkast aangesloten.
3. PV-verdeler:
Blijft u onder het aantal van 13 zonnepanelen? Dan is het mogelijk om een bestaande groep te gebruiken. Door gebruik te maken van een PV-verdeler, worden de zonnepanelen aangesloten. Meestal gebeurt dit met een groep van de wasmachine of wasdroger. Een PV-verdeler is standaard voorzien van een hoofdschakelaar en een wandcontactdoos. Daarmee worden zowel de zonnepanelen en de bestaande groep met 16 Ampère weggezet.